Rozendaalweg

Rozendaalweg
ECHELPOELHOEVE, Rozendaalweg: landelijk / mooi / historisch, foto: H. Vermeir

dinsdag 31 maart 2015

Mode hoeden vrouwen glamour humor**



Uit: "Almanak van O. L. V. van het H. Hart", 14de jaargang, 1903, p.159.

Voltaire schreef reeds over mode: "De meeste nieuwe modes hebben haar ontstaan meer te danken aan de grillen dan aan de smaak." Hoewel er kunnen nog een aantal andere redenen zijn.
Om gebreken te verbergen of te compenseren. 
Zo zou Lodewijk XIII de pruik in voege gebracht hebben om littekens te verbergen van een verzwering aan het hoofd. Natuurlijk volgden de hovelingen het voorbeeld aan het Franse hof eerst en daarna aan de andere hoven. Zo speelde het ontstaan van de hoge hakken een rol om kleine vrouwen (mannen) wat groter te doen lijken.
De mode van het kanten zakdoekje in de hand kwam van keizerin Joséphine, de echtgenote van Napoléon. Zij hield het zakdoekje voor de mond wanneer ze lachte omdat ze lelijke tanden had.
Koningin Louise van Pruisen, een tijdgenote van Joséphine voerde keelbanden en dassen uit tule in , om de klieren onder haar kin te verstoppen.
De crinoline(hoepelrok) kwam in de mode tijdens het Tweede Keizerrijk (Frankrijk) wegens de pronkzucht van keizerin Eugenie. Zou het de bedoeling geweest zijn haar dik achterste te verstoppen?


Dan nu een moderne versie van een hoed...



Hier de turban hoed van koningin Mathilde, versie 2014. www.royalglitter.com

De motieven van de hoedenmode spelen nog steeds, vooral het glamour aspect van de "happy-few".

Nog versjes:

Mijn hoed die heeft vier deuken,
Vier deuken heeft mijn hoed,
en heeft mijn hoed geen vier deuken
dan is het mijn hoed niet meer

******

Mijn hoed heeft drie hoeken,
Drie hoeken heeft mijn hoed...(1)(p.44)

We hebben zeker één van de twee of alle twee de versjes boven gehoord.
Welke hoed heeft vier deuken?
Welke hoed heeft drie hoeken?
Het laatste gaat over de tricorne, een hoed met drie kanten, die vroeger bij uniformen hoorde.
Een opvallende muts is die van de wacht van Buckingham Palace, die kolbak genoemd wordt.


Verklaring begrippen:
kolbak: m. (ken), beremuts, hoge pelsmuts, als onderdeel van een militaire uniform
tricorne: m.(s), steek, hoed met drie punten.

In de mode komt ook wel wat humor om het hoekje kijken.

Overleg

A.: "Hoe kunt  ge toch bij zulke koude met uw vrouw gaan wandelen?"
B.: "Ik kies de koudste dagen om te wandelen. Dan zijn de ruiten van de modemagazijnen bevroren!"

Dit probleem is reeds lang opgelost.

Was het maar waar!

Boer, die in de stad in een vitrine een pankarte "laatste mode" leest.
"Goddank, dat het eindelijk met die zottigheden uit is."

Waar moet het naartoe!

Heer tot een dame , die met grote haast de hoedenwinkel verlaat.: "Waarom zo'n haast?"
Dame: "Anders is mijn hoed uit de mode voor ik thuiskom."

'n Kwaal

"Hoe gaat het met uw vrouw?"
"Vrij goed; maar ze sukkelt nog al met haar hoofd."
"Zenuwhoofdpijn?"
"Neen, ze heeft elke veertien dagen een nieuwe hoed nodig."

Vogelmode

A.: "Dat is een aardige verzameling opgezette vogels, die ge daar hebt."
B.: "Ja, ze hebben me heel wat geld gekost."
A.: "Waar hebt ge ze vandaan?"
A.: "Van de afgedankte hoeden van mijn vrouw."



VERWIJZING/

F. Pauwels, R. Perck, e.a., Wat Wij Leren, Taalboek voor de eerste pre-industriële en oriëntatieklas, De Sikkel, Antwerpen, 1957. (1)(p.44)

dinsdag 24 maart 2015

Een gedicht/ een lied ... per maand: Jan Engelman: "en rade", vocalise**



een vocalise of poësie pur


Foto genomen uit de film van Alberto de Cavalcanti EN RADE.(1)

EN RADE

groen is de gong
groen is de watergong
waterwee, watergong
groen is de gong van de zee

Sulina, Braïla
Sulina, Brest
Sulina, Singaporge
achter de vest

stem die mijn slaap doorzong
waterklok, watertong
koperen long van de ree

Sulina, Braïla
Sulina, Brest
Sulina, Senegal
wijd van het nest

hang die mijn ziel doordrong
waterdroom, watersprong
loeiende gong neemt mij mee

Sulina, Braïla
Sulina, Brest
Sulina, Zanzibar
buiten is best

groen is de gong
groen is de watergong
waterwee, watergong
groen is de gong van de zee



Uit: 'Sine Nomine', 1930


Hoe de klank belangrijker werd dan de betekenis.

Tijdens het Interbellum, tussen de twee wereldoorlogen, experimenteerden een aantal dichters met ritme en klank om hun gevoelens vorm te geven. Zij zagen een gedicht als een klankgebeuren, een muziekstuk. Men schoof de rede opzij en luisterde met een muzikaal oor.
Enkele namen: Herman Gorter, Paul Van Ostayen Jan Engelman en Jan Hanlo.

Een geslaagd voorbeeld van dergelijke poésie pure  vinden we bij Jan Engelman in zijn gedicht En rade.
De aanleiding tot dit gedicht was de lyrische film van avant-gardist Alberto de Cavalcanti.
De cineast probeerde nostalgie naar verten en heimwee naar ongekende landen in beeld te brengen.
De plaatsnamen uit de film vinden we trouwens ook in de foto hierboven; zij waren  aangebracht op kisten, balen en kratten als plaats van bestemming.

De woorden van het gedicht roepen een aantal associaties op: groen, hang die mijn ziel doordrong,wijd van het nest, zee, en dies meer. Die associaties zijn er nodig omdat het in deze vorm van poëzie nog altijd zou gaan over het communicatiemiddel taal.

Nog een foto(lucht), met een verhaal of zonder...


Een foto van Marlyn Bridges, Chancayillo, vallei van Casma, Peru,in de monografie Planeet Peru(1991), in de fotobrochure: "Clichés', nr. 64, s.d.,p.34.

Een foto moet schijnbaar toch iets te vertellen hebben!!!


Verwijzing:

In: "Literaire Kunst" van H.J.M.F. Lodewick, 's-Hertogenbosch, 19de dr., 1955. (1)+ p.88.

donderdag 19 maart 2015

HKGA (Heemkunde gouw Antwerpen) wenst Familiekunde Vlaanderen PROFICIAT**



HKGA wenst Familiekunde (in) Vlaanderen proficiat met het 50 jarig bestaan.

Op 14 maart 2015 organiseerde HKGA z'n Algemense Statutaire Vergadering (ASV) en Gouwdag te Wommelgem o.a. in Fort II, samen met de Heemkring "De Kaeck".

Op 14 en 15 maart organiseerde Familiekunde Vlaanderen de vieringen rond het 50 jarig bestaan in het Felixpakhuis te Antwerpen


1968: de Raad van Bestuur van Familiekunde Vlaanderen waarbij Leo Vanackere die verkozen werd tot voorzitter. [We herkennen ook Minister Van Mechelen, rechts naast de dame. (Collectie: Documentatiecentrum Oostende)


Bij de aanvang was Familiekunde ingebed in de Heemkunde en beiden in de VTB van toen.

Iets of wat info daarover.

Het huidige Heemkunde Gouw Antwerpen is de rechtsopvolger van het Verbond voor Heemkunde Gouw Antwerpen. (HKGA).
Dit verbond ontstond in 1963. Op initiatief van H. Croux, daartoe aangespoord door Dr. J. Weyns werd op het stadhuis van Herentals op 17 augustus 1963 het Heemverbond Gouw Antwerpen gesticht.
In maart 1964 verscheen de eerste aflevering van het driemaandelijks huisorgaan. In dat jaar sloten 11 heemkringen zich aan bij het Heemverbond Gouw Antwerpen: Aarschotse Kring voor Heemkunde, Antwerpse vereniging voor Romeinse archeologie, Kring voor Heemkunde Berchem, Borgerhoutse Heemkundige Kring, Heemkring"Berthout" - Hallaar, Heitse Heemkring  "Die Swaene", Kring voor Heemkunde - Kontich, Mortelse Heemkundige Kring en Heemkundige Kring Schelle. Vanaf 1963 tot begin 1966 werden er driemaandelijkse vergaderingen gehouden
Op 6 juni 1966 werd het Heemverbond Gouw Antwerpen-Vlaams Brabant als v.z.w. met als zetel het kasteel Hovorst te Viersel, gesticht door Dr. J. Weyns, Graaf Moretus en Croux.
(Verwijzing: "De Kroniek van een koepelvereniging" ,dl. I , Werkgroep 50 jaar HKGA,
in: "Gouwtijdschrift: Heemkunde Gouw Antwerpen v.z.w.",Sint-Katelijne-Waver,  jaargang 50, 2013/2, p. 3 en 5.)



Nu over het ontstaan van Familiekunde Vlaanderen en gemeenschappelijke "roots".

Op 13  december 1964 stichtte men te Gent de Vlaamse Vereniging voor Familiekunde(VVF)
Op 27 september 1942 werd de "Vlaamsche Vereniging voor Familiekunde" opgericht.
Dit gebeurde op de tweede studiedag  van het Verbond voor Heemkunde (Vlaamse), een afdeling van de VTB , waarvan Jozef Van Overstraeten die voorzitter was.
Van die VVF werd Dr. Jan Lindemans voorzitter. Hij publiceerde reeds de studie 'Hoe maak ik mijn stamboom op.'


"In zijn artikel uit 2000 meent Lucien Van Acker  dat Albert Clabots moest werken met het Verbond voor Heemkunde en vastzat aan de Mededelingen van dezelfde vereniging, eerder een belemmering dan een voordeel was. Het aantal bladzijden dat et thema familiekunde in die Mededelingen toebedeeld kreeg, was heel beperkt. In de opvolger  Ons Heem kreeg de ca. 27 pagina's tellende rubriek Onze Stam  een eigen plaats en paginering. Dit was echter veel te weinig om van een echt genealogisch tijdschrift te kunnen spreken. 
  Enkele jaren later hield Clabots het voor bekeken. Door een eigen afzonderlijke paginering en rubriek toe te staan, werd binnen het heemkundeverbond expliciet en stilzwijgend erkend dat genealogie  niet zo sterk heemgebonden is als andere disciplines die samen de heemkunde vormen. Familiekunde is meer geschiedenis en historische wetenschap dan vele ander aspecten van de heemkunde"

(Verwijzing: Wilfried Devoldere, "Vijftig jaar Familiekunde (in) Vlaanderen",
  in: "faro", tijdschrift over cultureel Erfgoed, Brussel, jaargang 8, 2015 / 1, p.4)

De twee laatste lijnen van de voorgaande tekst lijken mij een nogal "gratuite" uitspraak .......

maandag 9 maart 2015

AFTELRIJMPJES van kinderen die verwijzen naar WO I **




WILLEM ! WILLEM ! WILLEM !

Willem ! Willem ! Willem!
Wij willen Willem weg !
Wilde Willem wijzer worden
Wij wilden Willem weer.

Uit: A. DE CORT, Vlaamsche Kinderspelen uit W.-Brussel, Brussel, 1931.
In: "Brabantse Folklore, "Meisjesspelen uit onze Streken", p.109.

Willem II (links) marcheert  met zijn zes zonen over Unter den Linden in Berlijn in 1913.
Foto in: "Tijdperk van Vooruitgang" van C. Burchell, Het Parool, Amsterdam, 1966, p.182.

Willem besteeg de Duitse troon in 1888. Hij beschouwde  zichzelf als de afgezant van de Voorzienigheid. Hij genoot een strenge militaire opleiding. Hij had een verschrompelde arm maar toch was hij een voortreffelijk jager en zwemmer; hij reed paard en speelde piano. Hij was eigenzinnig tot in het extreme . Hij was het exponent van brute kracht en de Duitse superioriteit. Op het einde van de oorlog trok hij zich terug op een kasteeltje in Nederland. Trouwens hij had Nederland gespaard in WO I. Voor iets hoort natuurlijk iets ...




GLORIA ! VICTORIA !

Gloria, victoria
de keizer heeft de kolera
hij is zoo ziek, hij is zoo ziek
den vuilen deugniet.

Uit: A. DE CORT, o.c., 
In: "Brabantse Folklore, "Meisjesspelen uit onze Streken", p.109.


EN DE KEIZER DIE IS ZOT.

En de keizer die is zot
En de keizer moet kapot!
Moeder doe et deurke toe,
Want daar zijn de Dosje!
Want 't is Dosj gedoe.

Dosje, dosj: duitser.

Uit: A. DE CORT, o.c., 
In: "Brabantse Folklore, "Meisjesspelen uit onze Streken", p.109.


Over WO II

Sieg heil, sieg heil,
Hitler in een teil,
Driemaal met zijn kop d'r onder,
Uit is het met dat gedonder.

uit Amsterdam, een aftelrijmpje.

in: "Onze Volksrijmen", Tjaard W.R. de Haan, Het Spectrum, 1978, p.112.

teil: kom, wasbekken.

Referentie:

Tilly M. CRIJNS, Meisjesspelen uit onze Streken,
 in: "De Brabantse Folklore", Brussel, nr. XXII - 127, nov. 1950.








dinsdag 3 maart 2015

SINT-KATELIJNE-WAVER groeide uit het Waverwoud**






Het moderne logo van 2003 ontworpen door de toenmalige gemeentesecretaris Hilde Marien.
Het nieuwe gemeentehuis met de rode tomaat.




SINT-KATELIJNE-WAVER groeide uit het Waverwoud

Deze gemeente ontleende haar naam aan het Waverwoud, dat zich uitstrekte  van de Schelde tot de Kempen, van Baasrode tot de Kleine Nete. Volgens de geschiedkundigen zou "Waver" betekenen: moerasachtige zompige grond of bewoonde plaats in een bos.

De ontstane dorpen in de 13-de eeuw waren aldus: Onze-Lieve-Vrouw-Waver, Sint-Katelijne-Waver en Sint-Niklaas-Waver(Putte). De namen verwijzen naar de expansies, de invloed van het Christendom in die periode. De nederzettingen waren waarschijnlijk ouder.
"Midzele" en "Be(r)moorter" verwijzen naar Frankische nederzettingen.
In de 12de eeuw  bezaten de Berthouts grotendeels het ommeland  bestaande uit hoeven, schansen en heerlijkheden in en rond het Waverwoud. Hun talrijke kroost werd hierbij van het nodige areaal voorzien.

Geleidelijk wordt het Waverwoud in cultuur gebracht en nam de bevolking toe.
In 1293 was er op het grondgebied  van Sint-Katelijne-Waver een parochie, een bidplaats toegewijd aan de heilige Katarina, een pastoor.
In 1260 werd voor de parochie O.L. -Vrouw-Waver een kerk gebouwd in laat Romaanse stijl.
Sint-Katelijne-Waver was een gedeelte van Duffel, het geheel werd het "Land van Duffel" genoemd, bestaande uit Hoogheid, Voogdij, Perwijs en Arkel. Deze laatste vier behoorden  ook tot het "Land van Mechelen"
, dat deel uitmaakte van het hertogdom Brabant.
De Vrouwvliet en de huidige Boerenkrijgstraat vormden de grens tussen het "Land van Mechelen" en de "Heerlijkheid Mechelen", die in de Middeleeuwen behoorde tot het prinsbisdom Luik.
De akte van "Midzelen" (1428) ging uit van de schepenen van Duffel-Perwijs en van sint-Katelijne-Waver als één schepenkorps. Pas in 1572 worden de schepenbanken, een afzonderlijk Sint-Katelijne-Waver, gescheiden.


In 1490 werd aan de Pas (Pasbrug nu) op de Vrouwvliet (toen een drukbevaren waterloop) een blokhuis gebouwd, één van de steunpunten van de vooruitgeschoven versterkingen van Mechelen.
In 1585 bouwden de Spanjaarden schansen op de Vrouwvliet aan de "Duffelse Pas" en op de Nieuwendijk. In dit grensland hadden de bewoners te lijden van doortrekkende troepen.
De historie van Jan Kadodder illustreert hoe de bevolking in vertwijfeling zich te weer stelde tegen opeisingen en brandschattingen. Op 3 maart 1648 nam Jan Kadodder het met een aantal boeren  op tegen een regiment krijgsvolk uit Lorreinen op het grondgebied van huidige Kauwendael, toen Sint-Katelijne-Waver.
Op het einde van de achttiende eeuw, tijdens de Franse  overheersing (1795), worden Duffel en Sint-Katelijne-Waver twee totaal zelfstandige gemeenten.
Tijdens de Boerenkrijg streden de katelijnaars  in de compagnie van Duffel en verdedigden het steunpunt Duffel.

Bij het begin van  WO I boden het fort Midzelen en vooral de veldschansen Dorpveld en Bosbeek heftig weerstand in de periode van 28.09. - 02.10.2014 . Daardoor maakten ze het mogelijk dat het Belgisch veldleger uit Antwerpen ontsnappen naar de IJzer....

De geschiedenis eindigt nooit...

Verwijzing:

"Gazet van Mechelen", 30 juli 1981. Geen vermelding van auteur.


enkele kenmerken:

arrondissement Mechelen, provincie Antwerpen
deelgemeenten: Onze-Lieve-Vrouw-Waver & Sint-Katelijne-Waver
wooneenheden: Elzestraat, Katelijne (katelaane), Waver en Pasbrug-Nieuwendijk

Sint-Katelijne-Waver 2860

waver = onvaste moerasgrond
Katelijne, naar Sint-Catherina

men spreekt van een Katelijnenaar; Katelijne
spotnaam: Jan Kadodder
woondorp; vroeger landbouw- en steenbakkerijen, volle grond tuinbouw en groenteteelt,  nu vooral handel in groenten en fruit; Europese tuinbouwveiling Belorta
hoogte: grotendeels vlak, 8 à 15 meter,
grond: zandleem op klei
grenzen: de westgrens wordt gevormd door de Nete en Duffel,
              de noordgrens: Lier en Putte,
             de oostgrens: Putte
             de zuidgrens: Bonheiden en Mechelen
doorsneden door de spoorlijn Antwerpen-Brussen  en heeft ten zijden de R-6, de ring Mechelen-noord.
grootte: 2078 ha
inwoners: ca. 15.000
NMBS-station


Onze-Lieve-Vrouw-Waver 2861 

waver = onvaste moerasgrond

men spreekt van een  Waveraar; Wavers
spotnaam: hovaardige Waveraar.
woondorp: landbouw, groenteteelt, nu vooral residentieel en rusthuisverblijf.
hoogte: 8 à 25 meter.
grootte: 1530 ha
inwoners ca. 4700