Rozendaalweg

Rozendaalweg
ECHELPOELHOEVE, Rozendaalweg: landelijk / mooi / historisch, foto: H. Vermeir

zaterdag 28 januari 2012

Koen COSAERT spreekt over Jef DENYN voor de "Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen"



De jaarlijkse Algemene vergadering op 28.01.2012 van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen  speelde zich af in  de Lamotsite.
Eerst kwam het statutaire gedeelte aan bod.

Als gastspreker vroeg men Koen COSAERT, de bijna kersverse directeur  van de Beiaardschool, school die nu huist in het Hof van Leliëndaal. Ook kantclub "Etterjefke" heeft daar een stek.

Koen COSAERT tijdens zijn uiteenzetting. Foto: H.F.E. Vermeir

De lezing had als titel: "Jef Denyn: pionier of man van zijn tijd?"

De beiaard kende in de loop der eeuwen niet alleen dagen van glorie, maar ook van verval. Dit laatste deed zich voor in de 19de eeuw.  Wie trok daar tegen ten strijde?
Het tij zou keren toen Jef Denyn (1862-1941) in 1887 de fakkel overnam van zijn blind geworden vader Adolphe Denyn. Jef zou een heuse kruistocht beginnen tegen alles wat niet strookte met zijn principes over beiaardinrichting.

Adolf Denyn op de diapresentatie van de spreker. Foto: H.F.E. Vermeir



















Voortbouwend op de verwezenlijkingen van zijn vader, maakte hij de beiaardmechaniek tot een coherent geheel.
 Daardoor kon hij een virtuoze, romantische  speelstijl ontwikkelen, wat de beiaard weer als een tijdseigen instrument liet klinken.

Jef Denyn startte in 1892 met avondconcerten, een primeur voor de beiaardcultuur. Denyn's beiaardspel maakte een diepe indruk op het publiek en op zijn collega's en zeer snel werd op hem beroep gedaan om op vele torens de beiaarden beter bespeelbaar temaken. Hij lanceerde een nieuwe visie en het meest typische instrument van de Lage Landen kreeg weer toekomstperspectief. Hierbij werd hij niet alleen gesteund door andere beiardiers. ook de culturele wereld in Vlaanderen kon Denyn en zijn beiaard gebruiken in de strijd tegen de verfransing.(1)


Jubileum 1910. Denyn als ambassadeur van de beiaardkunst (promotor en verbindingsman) onder beiaardiers, beiaardgieters en constructeurs. Foto: H.F.E. Vermeir

In 1922 kwam te Mechelen een beiaardschool tot stand. Het was de kroon op het werk van stadsbeiaardier Jef Denyn. Alle liefde die hij voor de kunstvorm had, bracht hij op zijn leerlingen over. De school kwam er pas na veel moeilijkheden, vooral van financiële aard,  en ze kon maar gesticht worden dankzij de gulle sponsoring vanuit Amerika.
Zij had een grote internationale uitstraling.Het was de eerste school ter wereld waar het beiaard onderricht echt georganiseerd werd en ingepast in een bredere muziekopleiding. Overigens was de Beiaardschool de eerste Mechelse muziekschool waar al heel vroeg vrouwen hun weg vonden.(2)

Dankwoord. Foto: H.F.E. Vermeir
 Hedwig DE LANNOY, voorzitter van de Koninklijke kring dankt hier Koen COSAERT voor zijn boeiende uiteenzetting.

Na het met pensioen gaan van Jo Haazen(2011), vele jaren beiaardier van de stad Mechelen en directeur van de beiaardschool, werd de functie aan twee personen toegewezen Koen Cosaert, directeur en Eddy Mariën, stadsbeiaardier.

Referentie:

Mededelingenblad van de Koninklijke Kring voor Oudheidkunde, Letteren en Kunst van Mechelen, nr. 1, 43st jg., 2012, p.12.(1)
Waar is de tijd: "Mechelen 1000 jaar Mechelaars en hun muzikanten", Waanders, Zwolle, 2001, p.214.(2)

woensdag 25 januari 2012

GEDICHTENDAG 26.01.2012 VOLKSRIJMEN 't manneke in de maan * * *

Jan Fr. CANTRé, Het Mannetje in de Maan, hooutsnede, ca. 1931.(1)(p.15)
Cantré graveert hier op een poëtische wijze een fictie. Het geheel is geplaatst in een winters sneeuwlandschap, sneeuwvlokken, sneeuw, kale bomen. Er liggen takkenbossen, de maan,  het manneke en de houtvester. Een kerktoren met huizen in de verte.

Het verhaal zoals weergegeven in "Vlaanderen", p.14. Zie hieronder.
Poëzie in proza...

Het mannetje in de maan is eigenlijk helemaal geen mannetje. Het is een Vlaamse jongetje, Fonske geheten. En hij zit daar omdat hij vreselijk gelogen heeft.
"Fonske" zei zijn moeder eens tegen hem.
"Fonske", we hebben brandhout nodig. Je moet naar het bos gaan en dorre takken zoeken.
"Ja, moeder," zei Fonske.
Maar eigenlijk had hij er helemaal geen zin in. Het bos was groot en donker. En het werkje was vervelend, aldoor maar bukken en nog eens bukken.
Fonske dacht: "ik pak het anders aan."
Met zijn zakmes sneed hij takken af van de grote mooie bomen. Dat ging veel vlugger en was veel gemakkelijker. 
Met zijn takkenbos op de kruiwagen stapte Fonske naar huis. Maar nog was hij het bos niet uit, of de houtvester haalde hem in.
"Fonske, dat  hout, dat op je kruiwagen ligt is geen sprokkelhout. Je hebt het afgekapt. En dat is streng verboden. Dat weet je héél goed."
"'t Is nietes, meneer de houtvester," jokte Fonske, maar hij zag wit om de neus. 
"Het is heusch gesprokkeld en niet gekapt."
"Dat is gelogen, manneke. Ga jij maar eens mee naar het politiebureau. Dan zullen we dat eens uitzoeken."
Fonske begon te huilen.
"Meneer de houtvester," zei hij en hij veegde de tranen van zijn wangen, "als het niet waar is dat het hout gesprokkeld is, dan mag ik zo regelrecht naar de maan vliegen en ..."
Nooit heeft leugenachtig Fonske zijn zin kunnen afmaken, want, floepp!...
Heel verwonderd keek de houtvester omhoog en toen omlaag.De kruiwagen met hout stond er nog midden op het pad.
Maar Fonske was regelrecht, in een ommezien van tijd, de lucht doorgesuisd naar de maan.
En daar zit hij nu ... het mannetje in de maan huilt tranen van spijt en berouw.

Een zedenles, poëzie van de dagelijkse realiteit.



GRAPVERTELSEL

Daar kwam een boer met een kind -
en 't vertelselken begint.
Daar kwam een boer met een kalf -
en 't vertelselken is half.
Daar kwam een boer met een fluit ...
en ... 't vertelselken is uit.


Daar was eens een man
toe... luister dan!
Daar was eens een vrouw...
toe... luister nou!
Daar was eens een héér...
Och.. 'k vertel je niet meer.(1)(p.14)

Toen poëzie nog in het dagelijks leven aanwezig was.


RAADSEL

Ik ging eens naar Sint Lijven,
Ik ontmoette zeven wijven,
Ieder wijf droeg zeven rokken,
Iedre rok had zeven zakken,
In iedr zak zaten zeven katten,
en iedre kat had zeven jongen.
Hoeveel katten, zakken, rokken, wijven,
Kwamen er te Sint Lijven?


RAADSEL
Ik kwam eens in een bos gegaan,
Ik zag daar een wit kapelleke  staan;
Ik klopte op de deur;
Daar kwam een gele pater veur.(1)(p.81)

PROOSBRIEFJE

Eenen dronckaert op een ton
Eenen monnik op een non
Een paep op een baghyn
Soo heeft ygelyck 't syn.(2)(p.23)



Vanaf de 15de tot het einde  van de 18de eeuw organiseerde men loterijen voor het goede doel.
"De spelers betaalden aan een van de collecteurs het verschuldigde inleggeld en lieten hun  naam, vergezeld van een zogeheten prose, in een loterijregister inschrijven. 
een proze kon een bekende zegswijze of een spreekwoord zijn, zoals bijvoorbeeld 'Oost west, thuis best'. In de meeste gevallen was het een tekstje van eigen vinding, soms zeer gevat, soms erg onsamenhangend, al naargelang van de taalvaardigheid van de speler. Wie helemaal geen inspiratie bezat, kreeg eventueel een suggestie van de lotverkoper, wat meteen het voorkomen van bepaalde nogal stereotiep klinkende prozen verklaart." (2)(p.19)

Eentje uit Brugge, 1555.

Trecker laet u trecken staen
Wilt lichtelicken thuuswaert gaen
De paepen van der kercken
Liggen thuus met u wijf en wercken.



Referentie:

Paul Van Iepenburg, Anne De Vries, e.a., Vlaanderen, volkskundig leesboek, Groningen, 1931. (1)
Alfons Thijs, "Trect treckerken een goed lot", de dynamiek van loterijen in der pre-industriële samenleving, in: Post Factum, jaarboek voor Geschiedenis en Volkskunde,Provincie Antwerpen,jaarboek 1, 2009.(2)

vrijdag 20 januari 2012

WINTERTUIN en URSULINENKLOOSTER (olvw) en HERITAGE RECYCLED: partnerovereenkomst

KEMPENS LANDSCHAP werkt met de CHURCHES CONSERVATION
aan de toekomst voor de WINTERTUIN en URSULINENKLOOSTER (olvw)
-------------------------------------------------------------------------------------------------

Het startevenement 19.02.2012 in de Oratoriumzaal.

Oratoriumzaal: hoekdecoratie. Foto: H.F.E. Vermeir
In deze prachtige zaal speelde het publieke gebeuren zich af.

" Kempens Landschap zal optreden als projectleider in het 'Heritage Recycled' (HERE) project.
Het uiteindelijk doel is om een internationaal overlegorgaan en werkmethode te ontwikkelen voor de restauratie en herbestemming van cultureel historisch erfgoed. De herbestemming van het gebouwenpatrimonium zoals kerkelijk erfgoed, militair erfgoed en andere grootschalige projecten. Niet alleen in Vlaanderen, maar ook over de landsgrenzen heen. Momenteel ontwikkelen deze sites zich los van elkaar, zonder baat te hebben bij de ervaring en kennis die reeds werd opgedaan in een andere regio. Op deze manier gaat een belangrijke troef naar concrete realisaties op het terrein zoals renovaties, inrichting en herbestemming verloren. Door samenwerking zijn er  betere resultaten."(1)

Burgemeester Eddy Vercammen, eerst aan het woord. Foto: H.F.E. VERMEIR
De burgemeester sprak in het Engels en het Nederlands.
Hij had het over de goede reputatie van de school,  de bijdrage van het Instituut tot het ontstaan van de benaming "torekenswaver", de ervaring van  het Kempens Landschap in het dossier van Roosendael, de belangrijkheid voor het toerisme, het belang van het HERE-project, .. en als besluit: "Als gemeentebestuur hebben wij de opstart van dit project ten volle  ondersteund, financieel en moreel. Bij deze kan ik u meedelen dat ook voor volgende jaren reeds  kredieten werden voorzien in onze meerjarenplanning."

De Oratoriumzaal met de genodigden was goed gevuld. Foto: H.F.E.VERMEIR
 "Aan de hand van voorbeeldprojecten zoals het Ursulineninstituut in OLVW zal gewerkt worden aan een toekomst voor het religieuze erfgoed binnen Europa. Het project kadert binnen het Interreg IVA - twee zeeën programma van de Europese Unie dat de kans biedt de site ven het Ursulineninstituut en Wintertuin nieuw leven in te blazen."(2)

Député Peter Bellens.Foto: H.F.E. VERMEIR

Zijn besluit:
"Voor de toekomstige ontsluiting van het Ursulineninstituut wil Kempens Landschap gebruik maken van de nieuwste technologie op het vlak van museale ontsluiting en gebruik. Deze technieken kunnen een brug slaan naar de jeugd en hun interesse aanwakkeren voor hun omgeving en haar erfgoed. Zeker in het kader van 2012, het Europese jaar van de overbrugging van de kloof tussen jong en oud,...
To conclude , I would like to express a special word of gratitude. First, I would like tot thank the Congregation of Sint-Ursula and vzw Wintertuin  for their generous hospitality at this wonderful location. A special "thank you" goes also to the partners on site, the Institute of Sint-Ursula and vzw Borgerstein, for their constructive cooperation. And last, but not least, I woud to thank the European partners...."

Plechtige ondertekening van de partnerovereenkomst. Foto: H.F.E. VERMEIR
De financiering:
Dankzij de steun van Interreg wordt 50% subsidie  bekomen op de totale projectkost van 1.215.032 euro. De bijdrage van de Provincie Antwerpen  is 121.000 euro en die van de gemeente Sint-Katelijne-Waver 51.725 euro. De samenwerking met de erfgoedactoren van Vlaanderen en Engeland is in het najaar van 2011 begonnen. Om dit project vorm te geven heeft Kempens Landschap reeds een bijkomende projectcoördinator(links op de foto) aangeworven.


Nadien speelde het FOUR ACES GUITAR QUARTET op klassieke gitaren o.a. de Carmensuite van Bizet,
gevolgd door een stemmige receptie aangeboden door het gemeentebestuur.

Zitterke, Oratoriumzaal. Foto: H.F.E. VERMEIR






Referentie:

Persbericht 19/01/2012. (1)
Uit de e-post van Johan DE MOOTER, Startevenement Heritage Recycled, Ursulineninstituut, 19.01.2012. (2)

donderdag 19 januari 2012

Oud rijmpje over Antwerpen, Brussel, Mechelen en Leuven.

OUD RIJMPJE

Leuven zich met drank verblijdt,
Mechelen veel zotten slijt,
Brussel voert een grote staat,
Antwerpen heeft de Lepelstraat.(1)


Uit: Albrecht Rodenbach, Victor de Meyere, e.a.,  Nederlandse Volkskunde: Vlaanderen, Groningen, 1931, p.7.

(1)Willem Lepelstraat

 Een bekende en  beruchte achterbuurt.
 Tussen Klooster- en Nationalestraat.
De Lepelstraat - ook de St.-Rochusstraat werd aanvankelijk met deze naam aangeduid - is na de derde stadsvergroting in 1305 binnen de nieuwe omwalling geopend op gronden die een zekere Wilhelmus Lepel in pacht had.
Straatverbreding in 1938. De naam "Lepelstraat" had lange tijd een ongure bijklank, vandaar de toevoeging "Willem" in 1958. N.-zijde ingenomen door modern complex voor sociale woningbouw n.o.v. de architecten J. Fuyen en L. Clijmans (1976 sqq.) (van Klooster- tot Van Craesbeeckstraat), een leegstaande fabriek en enkele XIX d-huizen aansluitend bij de Nationalestraat. Z.-zijde met deels verkrotte lijstgevels uit XIX-XX en gang met achterhuizen op nr. 14: toen Napoleon begin XIX zijn scheepsarsenaal uitbouwde op de voormalige gronden van de St.-Michielsabdij liet hij het klooster van Terzieken - tussen Lepel- en Kronenburgstraat - ontruimen, verkavelen en bebouwen met arbeidershuizen. Tussen Van Craesbeeck- en Nationalestraat: woonblokken van 1939 n.o.v. G. Fierens. http://inventaris.vioe.be/dibe/geheel/13025





Monumentaal modernistisch complex met 205 sociale wooneenheden, in 1937-1939 ontworpen door architect Gustaaf Fierens voor de huisvestingsmaatschappij "Onze Woning".

 Willem Lepelstraat 52-66.

 http://inventaris.vioe.be/dibe/relict/206853