Noordzee. Foto eigendom H.F.E. Vermeir |
ZEEKLACHT
Het water van de zee is altijd zout,
Hoe men de suikerpot ook mag hanteren,
Geagiteerd over het strand marcheren,
Terwijl de wind de brandingkoppen krauwt;
Een borstbeeld hakken uit scheepstimmerhout,
Des nachts, in droom, met meerminnen verkeren,
Tarbot fileren of Neptuin vereren:
Het water van de zee is altijd zout.
Daar helpt geen moederlief, geen vaderstout,
Geen bokken, dokken, knokken of gekscheren,
Geen brein van boterkoek, geen hart van goud:
Of men voor dames voelt of meer voor heren,
Het water van de zee blijft altijd zout.
C. Buddingh
Uit: "communicatie 4", van Guy Meus, Frans Van den Eynde en Guido Van Puyenbroeck, Nederlandse Boekhandel, Kapellen, 1984, p.42.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten