In Opbouw
Rond de stamvader van de joden zijn er een aantal beeldrijk uitdrukkingen:
1. Hij zit in Abrahams schoot: hij leidt een aangenaam leven. naar Lucas XVI: 22 en 23.
2. Hij heeft Abraham gezien: hij is boven de 50 jaar. naar Johannes VIII: 57.
Variante: Beste Abraham, deze kaas is niet vet, niet belegen en 50-plus, net als jij. (Nederland)
3. Abrammetje spelen: maar de halve waarheid zeggen. naar Genesis XII: 10-19.
4. Hij / zij weet waar Abram de mosterd haalt: en is op de hoogte van de zaak. naar Genesis XXII.
Dit laatste spreekwoord werd in de XXste eeuw veel gebruikt.
Drie elementen:
+ Mosterd zou staan voor 'mutsaard' en verwijzen naar het gruwelijk leerverhaal waarin Araham zijn eigen zoon Isaak als brandoffer moet slachten. Hij zou naar een 'mutsaard' gezocht hebben. Maar in Genesis XXII,1-14 is geen sprake ven een dergelijk voorwerp: 'Abraham liet zijn zoon het hout voor het brandoffer dragen; zelf droeg hij het vuur en het offermes.
Zo gingen zij samen op weg. Toen zei Isaak tegen zijn vader Abraham (...): "Wij hebben veel vuur en hout, maar waar is het offerdier?" ....
+ Er is ook een Duitse variante : "Er weiss wo Barthel den Most holt", 'Mosterd' zou komen van 'Mosr' dat een verbastering zou zijn van het Jiddische 'moos' dat soms 'geld' betekent. het Nederlands zou 'Barthel' vervangen hebben door 'Abraham'. Hierbij gaat men ervan uit dat de Duitse spreekwijze oorspronkelijker is dan de Nederlandse, maar dat is niet bewezen.
+F.A Stoett ziet in 'Abraham' een willekeurige in het Nederlands veel gebruikte naam, en hij vat 'mosterd' letterlijk op. Mosterd is een alledaags goed dat ook in andere gezegden vorkomt; zo betekende in de 17-de eeuw 'om mosterd gaan' 'gewoon' een boodschap doen.
Als men van iem. beweert dat hij weet waar Abraham de mosterd haalt, betekent zulks: hij weet wel waar iem. iets kan kopen, hij is op de hoogte van een zaak, hij weet er alles van.
Het Frans heeft: 'Il n'est pas tombé de la dernière pluie';
het Engels: 'He has been around, there is no flie on him', We gaan er niet op in.
Mosterd gezegden
1. Dat is mosterd na de maaltijd: dat helpt niet meer; die hulp komt te laat.
2. Iem. door de mosterd halen: haar/hem scherpe verwijten maken. Als e scherpe mosterd eet , springen de tranen in de ogen.
3. Dat ruikt naar mosterd: dat is ketterij.
De mutsaard was de brandstapel, waarop de ketters werden verbrand. Bij verbastering ook: dat ruikt nar mosterd. Het kreeg ook de volgende betekenis: dat is heel duur.
Bronnen:
BART MESOTTEN, Rondneuzen in woorden, 2-de reeks etymologische verkenningen, Pelckmans, Kapellen, 2000, blz. 103.
F.A. STOETT, Nederlandse Spreekwoorden, spreekwijzen uitdrukkingen en gezegden, vierde dr., 1923
K. TER LAAN, Nederlandse spreekwoorden/spreuken en zegswijzen, Vierentwintigste druk, Elsevier, 1988.
C.F. ZEEMAN Spreekwoorden aan de Bijbel ontleend, 1876; tweede druk 1888
Rond de stamvader van de joden zijn er een aantal beeldrijk uitdrukkingen:
1. Hij zit in Abrahams schoot: hij leidt een aangenaam leven. naar Lucas XVI: 22 en 23.
2. Hij heeft Abraham gezien: hij is boven de 50 jaar. naar Johannes VIII: 57.
Variante: Beste Abraham, deze kaas is niet vet, niet belegen en 50-plus, net als jij. (Nederland)
3. Abrammetje spelen: maar de halve waarheid zeggen. naar Genesis XII: 10-19.
4. Hij / zij weet waar Abram de mosterd haalt: en is op de hoogte van de zaak. naar Genesis XXII.
Dit laatste spreekwoord werd in de XXste eeuw veel gebruikt.
Drie elementen:
+ Mosterd zou staan voor 'mutsaard' en verwijzen naar het gruwelijk leerverhaal waarin Araham zijn eigen zoon Isaak als brandoffer moet slachten. Hij zou naar een 'mutsaard' gezocht hebben. Maar in Genesis XXII,1-14 is geen sprake ven een dergelijk voorwerp: 'Abraham liet zijn zoon het hout voor het brandoffer dragen; zelf droeg hij het vuur en het offermes.
Zo gingen zij samen op weg. Toen zei Isaak tegen zijn vader Abraham (...): "Wij hebben veel vuur en hout, maar waar is het offerdier?" ....
+ Er is ook een Duitse variante : "Er weiss wo Barthel den Most holt", 'Mosterd' zou komen van 'Mosr' dat een verbastering zou zijn van het Jiddische 'moos' dat soms 'geld' betekent. het Nederlands zou 'Barthel' vervangen hebben door 'Abraham'. Hierbij gaat men ervan uit dat de Duitse spreekwijze oorspronkelijker is dan de Nederlandse, maar dat is niet bewezen.
+F.A Stoett ziet in 'Abraham' een willekeurige in het Nederlands veel gebruikte naam, en hij vat 'mosterd' letterlijk op. Mosterd is een alledaags goed dat ook in andere gezegden vorkomt; zo betekende in de 17-de eeuw 'om mosterd gaan' 'gewoon' een boodschap doen.
Als men van iem. beweert dat hij weet waar Abraham de mosterd haalt, betekent zulks: hij weet wel waar iem. iets kan kopen, hij is op de hoogte van een zaak, hij weet er alles van.
Het Frans heeft: 'Il n'est pas tombé de la dernière pluie';
het Engels: 'He has been around, there is no flie on him', We gaan er niet op in.
Mosterd gezegden
1. Dat is mosterd na de maaltijd: dat helpt niet meer; die hulp komt te laat.
2. Iem. door de mosterd halen: haar/hem scherpe verwijten maken. Als e scherpe mosterd eet , springen de tranen in de ogen.
3. Dat ruikt naar mosterd: dat is ketterij.
De mutsaard was de brandstapel, waarop de ketters werden verbrand. Bij verbastering ook: dat ruikt nar mosterd. Het kreeg ook de volgende betekenis: dat is heel duur.
Bronnen:
BART MESOTTEN, Rondneuzen in woorden, 2-de reeks etymologische verkenningen, Pelckmans, Kapellen, 2000, blz. 103.
F.A. STOETT, Nederlandse Spreekwoorden, spreekwijzen uitdrukkingen en gezegden, vierde dr., 1923
K. TER LAAN, Nederlandse spreekwoorden/spreuken en zegswijzen, Vierentwintigste druk, Elsevier, 1988.
C.F. ZEEMAN Spreekwoorden aan de Bijbel ontleend, 1876; tweede druk 1888
Geen opmerkingen:
Een reactie posten