Toen we gisteren (16.12.2011) rond 19 uur naar buiten keken lag er de eerste sneeuw. Vandaag 17 lagen de wegen er natuurlijk bij maar de omliggende velden bleven wit.
Toen bleek het nodig om een tekst over DE WINTER te beginnen.
"Prettige Kerstdagen en Gelukkig Nieuwjaar", Hallmarkkaart, verstuurd einde 2009. |
Langs de binnenzijde van de kaart staat:
"Wij wensen jullie sfeervolle feestdagen en een gelukkig en gezond 2010!
Op een blijvende goede samenwerking."
DE BENAMING
Winter kan afgeleid zijn van wind,en de naam verklaren als stormtijd.
Volgens Vercouille wordt het afgeleid van water: dus winter - waterseizoen, regentijd. (2)
In het Kymrisch spreekt men van gwynn 'wit' als sneeuwtijd,
of met het Indo-Germaans uendh- in bijv. oudbulgaars uvedatt verwelken.(3)
OMSCHRIJVING
Vierde jaargetijde,
begint 21 dec., als de zon in de steenbokskeerkring staat,
eindigt 21 maart, als de zon de equator (evenaar) passeert.
ICONOGRAFISCHE KENMERKEN (4)
Johannes SADELER naar Dirck BARENTZ, Winter, gravure, Rijksmuseum, Amsterdam, 17de eeuw (17,3 | x 22,5 cm). |
Als personificatie wordt de winter meestal als een oude man of koning voorgesteld; allen grijzend voorgesteld.
In de godenwereld komen Boreas, Hades, Hephaistos en Vulcanus vooral aan bod.
Boreas, de god van de noordenwind;
Hades, de god van de onderwereld stelt de westenwind voor.
Als het over gewone stervelingen gaat dan wordt een oude man bij het haardvuur en/of een vrouw met een onbedekt hoofd in een winterlandschap weergegeven.
De activiteiten die ontwikkeld worden kunnen zijn: genieten van een rijke oogst, zich verwarmen, e.a.
De dieren die een rol spelen zijn: wilde eend, salamander, steenbok (dierenriem) en vissen (dierenriem).
De planten: kale bomen en struiken.
De kleuren: voor wit, voor de sneeuw.
IN DE MYTHOLOGIE (4)
De Indo-Germanen stelden de natuur voor als bezield. Zo is de Schone Slaapster oorspronkelijk de in een winterslaap verzonken aarde, en de prins die haar wekt met een kus de lentezon; zo is de reus in Klein Duimpje de ijzige Wintervorst. (1)
Dichtgevroren Schelde (Temse) tijdens de winter van 1947 bevolkt met wandelaars. (5) |
WEERSPREUKEN
* Zo de winter met sneeuw begint,
zal hij lang duren.
* Als de kraaien dicht bij de huizen komen,
verwacht een strenge winter.
* Vriest het na noorder- of oosterwind,
dan zal de vorst aanhouden.
* Smelten ijs en sneeuw zonder zonneschijn,
verwacht dan vorst.
* Als 's winters de wind uit 't noorden waait,
en hij verloopt, verwacht dan regen.
* Maar vloeit nu nog het sap van den berk,
winter wordt dan wis niet sterk.
Verpakking van klein chocolaatje bij koffie gegeven in cafés of herbergen in de maand december 2011 te Brussel.Lion chocolates. |
Referentie:
J. DE VRIES en F. DE TOLLENAERE, Etymologisch Woordenboek, Het Spectum, 1991, p.431.(3)
J. SCHRIJNEN, Nederlands Volkskunde, II, Zutphen, 1916, p. 143.(1)
J. VERCOUILLE, Beknopt Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal, 3de ed., Gent, 1925, p.394.(2)
Harry F.E. VERMEIR, "De jaargetijden, "de 4 getijden des jaars , de seizoenen", in: Gouwtijdschrift van HKGA, nr.4, 2011, p.26.(4)
Rosiane VERHEYDEN e.a., Weer of geen weer, een eeuw natuurgeweld in België, Leuven, 2004, p. 95.(5)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten