Rozendaalweg

Rozendaalweg
ECHELPOELHOEVE, Rozendaalweg: landelijk / mooi / historisch, foto: H. Vermeir

maandag 30 december 2013

Nieuwjaarsbrief uit 1958






Tekst:

"Beste Mevrouw;
  en Mijnheer.

Wat ben ik blij U
mijn beste wensen te
mogen aanbieden van 
Vrolijk Kerstfeest en 
Zalig Nieuwjaar.

Ik bid het lieve Kindje
Jezus op dat het U zou
zegene en nog lang aan
mijn genegenheid beware.

U zeer genegen.

Bernadette Van Brabandt.

Gent, 1 Januari 1958."

Dergelijke brieven werden in de lagere school overgeschreven van het bord onder begeleiding van de leerkracht. De brief zelf die al decoratief is, heeft nog een versiering opgeplakt gekregen met roodkapje in de bloemen en een gans. Daarrond nog allerlei andere bloemen. Zo'n  brief werd toen op 1 januari voorgelezen voor de ouders, de peter en de meter.


vrijdag 27 december 2013

"Driekoningen" de versie van Felix Timmermans





Over de Driekoningen en de achtergrond had ik het hier al in deze blog op 25.01.2011. Gelieve daar ook te kijken. Hieronder volgt een verhaal van de Fé.

       DE AANKOMST VAN DE DRIE KONINGEN

Traag en afgemeten met een oosterse luiheid op pas der olifantspoten bonkte en bromde de donder der honderden pauken, en gerokken en slepend schalde 't geschetter der schelle bazuinen, terwijl zoetzagerig, herhalend, de rieten en schelpen zich mengden onder 't gedrup der helder fluiten.

Zo naderden al dichter en dichter onder 't dreunen der aarde de kleurige scharen als een groots, log-langzaam maar onontwendbaar geweld.

Maria werd angstig om die nakende grootsheid van dit blinkende leger met donkere gezichten. Haar hart klopte rap en zij hijgde als na een verre reis. Zij kon niets denken of willen, maar bleef lam op haar stoelken met het frazelende kind op haar schoot.

Jozef liep in en uit, knoopte z'n zijden foulard met gele bloemen rond zijn hals, en kuist druipend zweet van zijn voorhoofd.

Doch op een teken van haastige ruiters bleef op een honderd meter afstand, plots de stoet van ruiters en voetvolk pal, en verstomden de pauken en daalden de bazuinen.

Er waarde nu een vreemde stilte waarin rauwe, bevelende stemmen over en weer riepen, waarin bangelijk't geklank van de wapentuigen, hel in de komende avond roerde, en 't briesen der paarden van ongeduld getuigde.

Op een gegeven teken van een kemel-bereden hoofdman maakten de voorste rijen de weg op, om Kruisduit te laten passeren, gevolgd  van de machtige vorsten. Kruisduit riep naar de koning die op de hoge olifant zat en wees met zijn stok naat het stalleken. "Ginder is 't!" hoorde Maria hem roepen. Met een zalige lach van fierheid op zijn tandeloze mond stapte hij vooruit, en knikte van ver naar de bleke Maria en de ontroerde Jozef.

Op een halve boogscheut van het hutteken, hielden de dieren stil en knielden om de koningen neer te laten.
Felix Timmermans(Lier 1886- 1948),
foto Gyselinck, Kortrijk (1)

Maria stond recht, verleide plooien van haar kleed en wachtte. Jozef kwam nevens haar staan. En daar waren ze! Kruisduit voorop, dan de koningen, eveneens omhuld van zware balsemgeuren.

De eerste in 't rood, de tweede in 't goud en de andere, de zwarte, in maneschijngroen.

"Zie," zei Kruisduit zijn hoofd ontblotend, als ze bij Maria gekomen waren. "Edele Heren, daar is dit kindeken waarnaar gij mij gevraagd hebt, en dat zijn de ouders." Daarmee zette hij zich op zij, zag eens fier rond, en luisterde en zag dan met vooruitgestoken kop naar de koningen.

De rode koning maakte een trage, diepe stramme buiging en kwam vooruit. Hij droegom de smalle schouderseen appelrode fluwelen mantel, met hermelijnen pels; op zijn vaal, gladgeschoren vogelhoofd met grote zakneus en korenoogskens, stond een tafelgrote rode hoed waarboven schitterden de tanden van een zware, gouden kroon. In zijn witgehandschoende handen, waarop ei-grote, citroengele stenen fonkelden, hield hij een zilveren kistje, zo gevuld met gouden sieraden dat het deksel ervan openstond. En hij sprak met ontroerde vrouwenstem in gebroken Vlaams..

"Mijn naam is Balthazaar, en ik mag de gunst genieten te regeren over de landen waar specerijen groeien. Ik heb het boek geschreven over de komst van uw kind. De sterren hebben mij het geheim geopenbaard."
...
Toen naderde de koning met de gouden mantel om. "Dit is sGaspar"lei koning Balthazaar  uit. "Hij heerst daar waar de Euphraat het land dooradert, en waar het aards paradijs eens zijn weelde van geuren en geluk openspreide. Men noemt hem de volkeren-smelter, omdat hij honderd en zes oorlogen heeft gemaakt, en twaalfhonderd stammen onder zijn edelen scepter gelukkig laat leven. Honderduizend muilezelen kunnen al het goud niet dragen dat in zijn twintig roze-marmeren paleizen met hangende tuinen berust. Hij kan maar weinig Vlaams."

De krachtig, witgebaarde koning, klein onder de reuzige, purperen juwelenbebloemde tiara, sloeg zijn brokaat-gouden mantel op van binnengevoerde met zalmroze zijde, een rok van ragfijne kanten raakte tot aan zijn purperen schoenen.Hij knipte eens even met den wijsvinger over den duim, en een zwartgrijs moorken met roze handpalmen, een ring in de neus, en zijn haar verduldig in honderd keperkens geknoopt, bood hem een gulden wierookvat. De Koning knikte ernstig-vroom tot Maria en Jozef, knielde en liet met korte zwaaikens de blauwe wierook zoetjes voor het kind opwolken

Tegelijkertijd kwam de koning de Moren, omhuld van krakende goud-groene zijde, waardoorheeen het hemelsblauw van zijn klederen glom. een brede ketting van vingerdik goud en zwaar robijnenglanzen liet op zijn borst een zon van waterhelle diamanten stralen. de gekrolde tippen zijner schoenen waren van gebrand zilver, en op zijn hagelwitte tulband waaide en een bos van radijsroze pluimen.Hij rook naar munt en kostelijke olie, en Balthazar wist van hem te zeggen dat hij Melchior heette en heersende was over de woudrijke landen der olifanten en tijgers. 
...
Hij zei iets in zijn vreemde taal, en bood een kunstig gesneden ivoren kelk waarin de amberkleurige korrelen myrrhe blonken. ....

Uit: Het Kindeke Jezus in Vlaanderen.Van Kampen en zoon, Amsterdam, 1917. (tijdens WOI)

Postkaart waarop "Driekoningendag" in Brugge wordt uitgebeeld. De kaart heeft een moeilijk leesbare stempel uit 1901. Ze werd verstuurd vanuit Brugge naar iem. van Antwerpen.

Felix Timmermans:
Hij werd geboren te Lier als tiende van een gezien van veertien kinderen. Zijn vader was een rondreizend koopman in kant
Na zijn studies aan de middelbare school opende de Fé een kantwinkel. Hij leerde tekenen aan de stedelijke academie van  Lier. Daarenboven verheerlijkte hij in  zijn literair werk vooral Lier en de Nete.
Werken; Pallieter, Het Kindje Jezus in Vlaanderen, de Harp van Sint-Franciscus, Boerenpsalm, Pijp en toebak, Het Kindeke Jezus in Vlaanderen, Driekoningentriptiek...
Zijn stijl is als vuurwerk, spetterend van lach en leute.(2)(p.271)


BRON:

De bovenstaande tekst verscheen in:

"De Ring", dl 1, van Plantyn n.v., Antwerpen, 1966, op blz.308 e.v.
met als auteurs: W. Huygebaert, F. Ickx en M. Thys.

en
"Taalgroei", bloemlezing voor middelbare scholen en gelijkgestelden,  Procure, Brussel, s.d., 4de herziene druk, blz. 116; met als auteurs: Désiré Pissens en Juliaan Festraets.

Voor de foto (1): verscheen in"De Nederlandse Letteren", Marcel Didier, Brussel, 1943, op blz. 270.
met als auteurs: C. Van Genechten en A. De Muynck. (2)



zondag 22 december 2013

Poëzie: lied/gedicht ... "karamellenverzen"




Zo... dichtten ze 
en vergaten de tijd

                                                      Daan ZONDERLAND (zie in deze blog op datum 28.02.2012)

"Kees, de schildpad,
en Isidoor, de ezel,
waren met een gezelschap van andere dieren op reis.
Maar Kees zocht naar een gelegenheid om met Isidoor een apartje te hebben.
Want Kees wou hem zo graag vertellen dat hij een GROOT DICHTER was.
Nu, ten slotte kreeg hij zijn kans."


Hieronder komen een aantal "karamellenverzen" die behoren bij bovenstaande tekst:

Ik ben een schildpad, geheten Kees,
Ik hou van bloemkool, maar niet van vlees.


Een borduurwerk uit  "Haas en schildpad" waarbij zij een wedstrijd aangaan om ter snelst een doel(but) te bereiken.

Een langere versie:

Ik ben een schildpad, geheten Kees,
Ik hou van bloemkool, maar niet van vlees,
Een kat is een poes en een duif is een tortel,
Ik hou niet van koolraap, maar wel van wortel.

Kees doet nog een poging:

Een schaap zegt: bé! en een beer  zegt: brom!
Maar ik heb liever kommerkom.

Hij gebruikt kommerkom omdat komkommer niet rijmt .

Een gekloond schaap!
Daarna is Isidoor terug aan het dichten:

Ik ben een ezel en denk aan niets,
Ik zit in een wagen en niet op een fiets,
Ik zit in een wagen en niet op een paard,
Ik heb geen knevel, maar wel een staart.

Een variante:

Ik ben een ezel en heet Isidoor,
Het komt niet uit mijn neus en niet uit mijn oor,
Het is geen kat en het is geen hond
maar het is een gedicht en het komt uit mijn mond.


In 2012 stonden er tijdens de nachtmis van Kerst ezels achteraan in de kerk van OLV-Waver.



Kees, die het langste dichter is, komt aan het woord:

Ik ben een schildpad en word al vrij oud,
Een beek is van water en een boom is van hout!

De ongeduldige Isidoor gaat vlug weer aan het dichten:

Als ik loei
ben ik een koei;
maar als ik ritsel
ben ik een ditsel.

ditsel en niet distel, wegens de dichterlijke vrijheid.

En daarna hebben ze het gevonden: ze gaan samen aan de slag.

"Ja," zei Isidoor, "van buiten en van binnen."
"Ha," zei Kees. "Je bent al begonnen."
"En of," zei Isidoor. "Dat was vlug verzonnen."
"Kijk!" zei Kees. "De lucht wordt lichter."
"Jij bent een schildpad," zei Isidoor. "En ik ben een dichter."
"Ik ben een dichter," zei Kees, "en jij bent een grauwtje."
"en als mijn vel blauw was," zei Isidoor, "dan was ik een blauwtje."


Uit:: "De Dichters" van Daan ZONDERLAND, in: De Ring 1, W. Huygebaert, F. Ickx en M. Thys, Nederlands taalboek, Plantijn, Antwerpen, 1966(!), p.155 e.v.













zaterdag 21 december 2013

Wensen voor 2014 aan ALLE MENSEN van GOEDE WIL



Beste wensen voor
Een vruchtbaar en creatief  2014


van de prinses , en de kikker die koning werd ...





Voor het nieuwe jaar wens ik jullie
Tijd om van kleine dingen te genieten
Rust om stil te staan bij genoeglijke momenten
Sterkte om tegenslagen te overwinnen
Vriendschap om het hart te verwarmen
Humor om de sombere kleuren te verdrijven
Een glimlach om iedere dag mee te beginnen…

Hartelijke groeten van

                                                                                    Harry  f.e. VERMEIR

woensdag 11 december 2013

ERF & HEEM BESTAAT 40 JAAR - sint-katelijne-waver -







Op  29 november 2013 vierde Erf en Heem vzw dat het 40 jaar bestaat.
De vereniging was betrokken bij de oprichting van de Midzeelhoeve en deed er vele jaren met belangstelling gevolgde activiteiten. Door "omstandigheden" moest de viering gebeuren in het Parochiehuis Hagelstein aan de Patersweg.
De bezoekers kregen bij het binnenkomen een prachtige Erf en Heembalpen en een lotje voor de tombola.

Er waren vele belangstellenden opgekomen, waaronder oud-schepen Eric Janssens en schepen Servaas Devries; ook Harry Vermeir, voorzitter van de sector erfgoed van de Provincie Antwerpen stelde er prijs op om aanwezig te zijn. De heemkundige kringen uit de omgeving waren aanwezig en vele medewerkers en sympathisanten van de vereniging.

Voorzitter Jan Segers opende de sprekersrij. Hij blikte terug naar het verleden in een landbouwkundige/ heemkundige context.

René De Munter stelde de activiteiten van E&H voor de komende vijf jaar in de sfeer van de "Grote Oorlog".


Hierbij de folder, boven en onder.



Daarna kwam Eddy Van Leuven, de cultuurfunctionaris, aan het woord met een diamontage met beelden van de Regionale Beeldbank en Erf en Heem.

Prent uit de Regionale Beeldbank en bezit van Erf en Heem. "Demonstratie graan dorsen aan de Midzeelhoeve tijdens de Hoevedag, een organisatie van Erf en Heem, 1996." Deze foto werd niet geschenen maar aan de deelnemers gegeven bij het verlaten van het pand.
Eddy bracht een overzicht van een aantal oudere foto's waarbij hij uitleg gaf.

Daarna kwam Willy Van Hoof aan het woord. Hij stelde het boek voor dat verscheen voor het 40 jarig bestaan en dat overhandigd werd aan de leden en men kon het ook kopen.



Titulatuur

Accenten uit de geschiedenis van het Waverland
                       Deel V

                 ERF & HEEM

       Een bijdrage aan 40 jaar cultureel leven
                in Sint-Katelijne-Waver


         Sint-Katelijne-Waver - Erf en Heem vzw - 2013

Als kers op de taart  werden nog twee zilveren munten verloot.

De receptie die er op volgde bracht heel wat gesprekken op gang over het rijke verleden  en over  het heden...

Bij het buitengaan werd boven vermelde postkaart nog overhandigd.


Medewerking:

Willy Van Hoof

vrijdag 6 december 2013

Een gedicht / een lied per week:"Jantje en de Pruimen" , "De klepperman"







Hieronymus VAN ALPHEN (1746-1803)

Deze rechtsgeleerde werkte in Utrecht, Leiden en Den Haag. Hij was een man vol theorieën, die de letterkunde vooral wijsgerig wilde beoefenen. De stralende braafheid van zijn "Kleine Gedigten voor Kinderen" maakt het de jeugd van heden nog wel eens moeilijk. Eerst de ouders gingen er vertederd aan terugdenken. In zijn tijd gold Van Alphen als modern. Zijn kinderversjes zijn in duizenden exemplaren en tientallen drukken verspreid o.a. in het Frans, Duits en Engels.(1)






DE PRUIMENBOOM

Jantje zag eens pruimen hangen,
O! als eieren zo groot.
't Scheen, dat Jantje wou gaan plukken?
Schoon zijn vader 't hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo vol geladen,
Mist men vijf, zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzam wezen,
En niet plukken: ik loop heen.
Zou ik, om een hand vol pruimen,
Ongehoorzaam wezen? Neen.

Voort ging Jantje: maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het lopen tegen,
Vooraan op het middenpad.
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik pruimen plukken;
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan het schudden
Jantje raapte schielijk op;
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.(2)

"Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen", heeft hoofdmoment van de deugdbetrachting: de beloning.

De bovenstaande versjes zijn in Vlaanderen bekend doordat ze in het onderwijs werden gelezen of moesten uit het hoofd kunnen opgezegd worden.
Maar ze verschenen ook in een stripverhaal van "Suske en Wiske" ca. 1960.
Toen klonk het aldus uit de mond van Jerom:

"Jantje zag eens pruimen hangen
  Als eieren zo groot
  Wou  plukken
   Mocht niet
   Was braaf
   Kreeg hoed vol."

(info: Willy Van Hoof, e-post, 06.12.2013)


Nog een prent met een iets andere soort boodschap.



 DE KLEPPERMAN

Schoon hij loopt door wind en regen,
't Zingen wordt hij nimmer moe:
Goede God! geef hem uw zegen,
Maar mijn oogjens vallen toe.
Lieve klepper! hou de wagt
Ik ga slapen: goede nagt!(3)

Het gaat hier over de nachtwacht, zie hoe hij bewapend is en een kindje dat schrik heeft van de klepper, waarmee de wacht zich aankondigt. Onder de prent staat dan de boodschap: "Zou ik voor den klepper vreezen.". De naam van het voorwerp ging over op de persoon.


Bronnen:

F. BAUER, J. DEN HAAN, e.a., De Nederlandse Letterkunde in Honderd schrijvers, De Sikkel, Antwerpen, 1953.(1)en(3) en de prenten p.73.
Ben SCHOTT, Schotts curiositeiten, Het Spectrum, 2003. (2) p.137.











maandag 25 november 2013

100 jaar J. WEYNS - 50 jaar HEEMKUNDE GOUW ANTWERPEN "Viering"








Alle heemkundigen van Vlaanderen zijn hierbij uitgenodigd.





Bron en ruimere info:
"Gouwtijdschrift Heemkunde Gouw Antwerpen", jg 50/3, 2013, p.14 e.v.

donderdag 7 november 2013

Een gedicht / een lied per week: Paul Van Ostayen: "Melopee"




Paul VAN OSTAIJEN  (1896 - 1928)

Geboren te Antwerpen alwaar hij de Latijns-Griekse humaniora volgde.
Gedichten schrijven deed hij reeds op jeugdige leeftijd, aldus verscheen zijn eerste bundel Music Hall al in 1916. Met Wies Moens beoefende hij het humanitair-expressionisme, daarvan is Sinjaal (1917) de uitdrukking. De gebeurtenissen van de "Groote Oorlog" hadden een grote invloed op hem.
Hij ging op zoek naar de "poésie pure" d.w.z hij probeerde ritmisch muzikaal te schrijven in poëtische beelden en hield  emotie  buiten zijn dichterschap.(1)




http://www.google.be/url?sa=i&source=images&cd=&cad=rja&docid=-q

MELOPEE

Onder de maan schuift de lange rivier
Over de lange rivier schuift moede de maan
Onder de maan op de lange rivier schuift de kano naar zee.

Langs het hoogriet
langs de laagwei
schuift de kano naar zee 
schuift met de schuivende maan de kano naar zee
Zo zijn ze gezellen naar zee de kano de maan en de man
Waarom schuiven de maan en de man getweeën gedwee naar zee

Uit: Eerste boek van Schmoll. Bundel "poësie pure".(2)

Met dit gedicht beschrijft hij heel origineel de "oneindige moeheid", als een eindeloze verbondenheid onder de elementen: maan, man, zee. Het vraagteken is met opzet niet geschreven.

Erin Clark, Stilness,kunstdruk, 51 x 51 cm. (4) 










En dan ook nog het volgende:

Enkel wind te zijn tomeloos,
mateloos, ongebonden.
Wind te zijn, te waaien in de boom,
in al de bomen. Geen enkele vertoont groen
en toch is geen enkel winterdood. (3)


Durven we dit het geloof in het leven noemen?


Op deze blog vind je op datum 24.08.2013 nog het prachtige gedicht POLONAISE van dezelfde auteur.

Bibliografie:

Ev. BAUWENS, Zuid en Noord, Desclée DeBrouwer, Brugge, 1954.(1)p.354; (2)p.355.
Edward LUCIE - SMITH, Flora in de kunst en de literatuur, Librero, Hedel, 2000. (3)p.331
http://www.allposters.nl/-st/Bomen-Poster_c85164_.htm (4)

maandag 28 oktober 2013

Characteristics of self-actualizers / Op zoek naar geluk, evenwicht, zelfverwezenlijking





CHARACTERISTICS OR SELF - ACTUALIZERS

KENMERKEN  van ZELFVERWEZENLIJKING


* Perceive reality efficiently and are able to tolerate uncertainty

Op een efficiënt wijze naar de werkelijkheid, laat onzekerheid toe

* Accept themselves and others for what they are

Het aanvaarden van zichzelf en de anderen zoals ze zijn

* Spontaneous in thought and behavior

Wees spontaan in gedachten en gedrag

* Problem-centered rather than self-centered

Wees meer probleem-gericht dan ik-gericht

* Have a good sense of humor

Humor is goed en relativeert

* Highly creative

Een hoge vorm van creativiteit

* Resistant to enculturation(1), although not purposely unconventional

Zich niet laten inpakken door een bepaalde cultuur op bepaalde  levenswijzen; maar wees daarom niet onvoorwaardelijk onconventioneel

* Concerned for the welfare of mankind

Bezig met het welzijn van de mensheid

*Capable of deep appreciation of the basic experiences of life

In staat zijn tot waardering  van de basiservaringen van het leven

* Establish deep, satisfying interpersonal relations with a few, rather than many people

Het ontwikkelen van genoegdoende interpersoonlijke relaties,  liever met enkele mensen dan met veel

* Able to look at life from een objective viewpoint

In staat zijn om naar het leven te kijken vanuit  een objectief of onbevooroordeeld  standpunt




Eerste prentje: "Ik probeer alle sonates van Beethoven te leren spelen."
Tweede prentje: "Gee... Indien je ze allemaal kunt spelen  welk voordeel heb je dan?"



BEHAVIORS LEADING TO SELF-ACTUALIZATION

GEDRAG DAT LEIDT TOT ZELF-VERWEZENLIJKING


* Experience life as a child does, with full absorption an concentration

Ervaar het leven als een kind, vol concentratie en bewuste of onbewuste opname vanhetgeen zich rondom afspeelt

* Try something new  rather than sticking to secure en safe ways

Probeer liever nieuwe dingen dan zekerheid of vast uitgetekende wegen

* Listen to your own feelings in avaluating experiences rather than the voice of tradition or authority or majority

Luister voor de waardering van uw ervaringen liever naar eigen gevoelens dan naar de stemmen van traditie, gezag of meerderheid

* Be honest, avoid pretenses or "game playing"

Wees eerlijk, vermijd voorwendsels of uiterlijk vertoon

* Be prepared to be  unpopular if your views don't coïncide with those of most people

Wees er op voorbereid om niet geliefd te zijn wanneer je ideeën hebt die niet samenvallen met deze van de meeste mensen

* Assume responsibility

Neem uw verantwoordelijkheid op

*  Work hard at whatever you decide to do

Wat je ook wenst te ondernemen, werk daar hard aan

* Try to identify your defenses and have the courage to give them up

Probeer uw verdediging duidelijk te formuleren en heb de moed er een eind aan te maken.


*******************************

Paraphrased with modifications from Maslow (1954, 1967


Derde prentje: " Ik win daar niets mee!"
Vierde prentje: "Wat is het nut om iets te doen wanneer je er geen voordeel aan hebt?"


Woorduitleg:

Enculturatie is het proces waarbij cultuurkenmerken worden overgedragen van een samenleving of sociale omgeving naar een individu. Het is een socialisatieproces dat zich afspeelt binnen de cultuur waarin men is geboren. Dit in tegenstelling tot acculturatie waarbij een groep juist sprake elementen van een vreemde cultuur overneemt.(1) http://www.encyclo.nl/begrip/enculturatie

Bibliogafie:

Ernest R. HILGARD, Richard C. ATKINSON and Rita L. ATKINSON,  Introduction to PSYCHOLOGIE, New York, 1975, 6th edition, p.393 (text), p.363, p.265.

woensdag 23 oktober 2013

HERITA (onroerend erfgoed) congresseert in het Memoriaal/Museum DOSSIN te Mechelen / hitler



Erfgoedplein 2013 19 oktober, Museum Dossin Mechelen 
Voormalige Dossinkazerne. Nu woonkazerne en bewaarster van het Mechels archief.Links in de verte zien we de Begijnhofkerk en rechts de woonblokken van Amelinckx uit de jaren 1970. Foto: Harry F.E. Vermeir
Hier werden de mensen die op transsport naar Duitsland moesten samengedreven. Bij hun aankomst werden de bezittingen in de afdeling Aufnamhme doorzocht. Vooral Joden, maar ook andere groepen uit de maatschappij zoals zigeuners werden slachtoffer. Aan de Dossinkazernz werden de gedetineerden in beestenwagens gestopt en aldus met de trein des doods vervoerd naar Auschwitz - Birkenau.


Voorzitter Kristl STRUBBE, voormalig schepen te Mechelen, mocht een tachtigtal aanwezigen verwelkomen in het nieuwe gebouw van het Memorial, Museum en Documentatiecentrum over Holocaust en Mensenrechten.

Barbara STRUYS  beet de spits af met haar voorstelling over  de UITdatabank. Foto: Harry F.E. Vermeir

Daarna werd de hoofdschotel voorgesteld door Els Hofkens, afdelingshoofd erfgoedbeleid van het Vlaams agentschap Onroerend Erfgoed.




Els aan het woord.

Hier iets over Hoofdstuk 4:  INVENTARISSEN:
 - uitbreiding en vaststelling naar alle inventarissen; criteria voor opnemen en schrappen; openbaar onderzoek; toegang; gegevens vastgesteld inventaris; zorgplicht administratieve overheden; advies van Onroerend Erfgoed en Onroerenderfgoedgemeente  door verwijderen uit vastgestelde inventaris bouwkundig erfgoed of houtig beplantingen met erfgoedwaarde; informatieplicht in akten van overdracht zakelijke rechten.

Hoofdstuk 12: OVERGANGSBEPALINGEN
* wat beschermd is, blijft beschermd met aangepaste rechtsgevolgen conform nieuwe regelgeving;
*wat goedgekeurd of beslist is, blijft goedgekeurd of beslist:
* lopende procedures worden afgerond onder oude regeling;
* aangeduide ankerplaatsen worden beschouwd als een vaststelling van de lanschapsatlas en als onroerende erfgoed plannen;
* vastgestelde inventaris bouwkundig erfgoed blijft vastgesteld zonder zorgplicht.


Over de vrijwilligers erfgoedverenigingen is geen sprake.

Verder was er een broodjeslunch op de vierde verdieping  en was er nog een toelichting over de Vlaamse Erfgoedkluis, die € 15.000.000 ter lening voorstelt om te komen tot het openstellen van monumenten.


Daarna konden de deelnemers nog een bezoek brengen aan het Memoriaal en Museum.
Eén foto uit de tentoonstelling:



Afbeelding uit de tentoonstelling over het Kampleven.
Ik krijg de foto niet gedraaid. Maar de tekst is duidelijker.



Op het gelijkvloers was er ook nog een beklijvende tentoonstelling met beelden/beeldengroepen van Nat NEUJEAN (°1923)

Ik wil hier ook nog een ACROSTICHON  publiceren over HITLER.

H ooggeachte heer moordenaar
I nternationale leugenaar
T iran van de moderne tijd
L afaard die uw volk misleidt
E eerloze die niets ontziet
R otzak, waarom sterft ge niet.

Het komt voor in een tekst van Jan Neckers , Oorlogsherinneringen, in: "De kerjeuze Mècheleir", Oud-Mechelen, nr. 57, nr. 4, 2009, p.12.  Ik vermeld hieronder wat Jan ook op die pagina in deze context nog over zijn vader Jan schreef.
 " De harde Duitse maatregelen maken dat mijn vader lid wordt van het verzet. (1943)...
 Eén van zijn verzetsdaden wordt gepleegd met krijt. Hij schrijft het volgende gedicht (ik weet niet of hij    het zelf gemaakt heeft) op de binnenkant  van de deuren van de cafés waar hij af en toe komt (de Beurs aan de Markt, de Wilson in de Befferstraat, de Hanekeef in de Keizerstraat). (Zie boven)
Geen grote poëzie, maar als een collaborateur het signaleert is het voldoende voor een paar maanden amigo, wie weet zelfs een reisje naar Breendonk."

Bibliografie:

Bezoekersgids,Brugge, Kazerne Dossin en Herman Van Goethem, 2012.
De kerjeuze Mècheleir, Oud-Mechelen, nr. 4, nr. 57, 2009.

zondag 20 oktober 2013

Poëzie: lied / gedicht...... WOORD DAT RUIMTE SCHEPT



Noordzee, branding. Foto: Harry F.E. Vermeir




WOORD DAT RUIMTE SCHEPT

Woord dat ruimte schept,
     toekomst wijd licht land,

waar gerechtigheid
     als rivieren stroomt,

waar een wijnstok bloeit
    tegen de klippen op,

even is het waar
     en dan is het weg.


Toon mij niet vergeefs
     wat mijn ziel verlangt,
geef dat ik volhard
     in uw vergezicht.

Tekst: H. Ooosterhuis

Hubertus Gerardus Josephus Henricus (Huub) Oosterhuis (Amsterdam, 1.11.1933)
Nederlands  theoloog, dichter, ex-jezuïet en voormalig priester. Zijn naam is verbonden aan de modernistische tendensen binnen de Nederlandse en de Vlaamse kerkprovincies na het Tweede Vaticaanse Concilie en de daarmee gepaard gaande polarisatie tussen de modernisten en de behoudsgezinden. Hij publiceerde een groot aantal liederen en gedichten en beïnvloedde de modernistische denkbeelden over liturgie en kerkelijk leven. (naar Wikipedia)

Waterval in rotsachtig landschap.John Martin BERNATZ, Scènes in Ethiopia.Designed from nature... Bradbury and Evans, London, 1852.


Antoine Oomen (Amsterdam, 1945) is een Nederlands pianist, componist en dirigent.
Zijn oeuvre omvat ruim 300 composities op teksten van Huub Oosterhuis, geschreven in opdracht van de "Stichting Leerhuis en Liturgie". Hij is de componist van Het lied van de Opstanding (De steppe zal bloeien) dat in juni 2006 werd gekozen tot het mooiste religieuze lied. Ook het lied hierboven of hieronder op muziek behoort door de eenvoud van zetting tot de mooiste liederen.( naar Wikipedia)

Foto: Harry F.E. Vermeir


Het lied hieronder komt uit "Onstilbare tonen" de begeleidingsbrochure bij de misviering in OLV-o/d-Dijle te Mechelen. (2013) p.6.




woensdag 9 oktober 2013

ZEI - GEZEGDEN: heks,dief, liefde, varken, uil,kerk, begijntje, duivel, werken...


http://nl.123rf.com/photo_12491936_abstracte-florale-hart-liefde-concept.html

Dat is heet, zei de heks, en zij werd verbrand.

De week begint goed, zei de dief, en hij werd gehangen.

De liefde is blind, zei de boer, en hij kuste zijn varken.

't Is lelijk, zei de uil, en hij bezag zijn jongen.

Wat nu gezongen, zei de koster, en de kerk stond in brand.

De deugd in 't midden, zei de duivel, en hij ging tussen twee begijntjes staan.

Werken is zalig, zei het begijntje, en ze droegen een boonstaak met z'n tweeën.

Schoonheid zonder deugd, zei Jan-Piet, is een korte vreugd.

Bron: 
Guy MEUS,Frans VAN DEN EYNDE en Guido VAN PUYENBROECK, Communicatie 4, Nederlandse boekhandel, Kapellen, 1984, p.74.
Johan DE BRUNE, Bancket-werk van Goede Gedachten,moraliteit en satire uit de 16de en 17de eeuw, in: "Profijtelijk Vermaak", Prisma-boeken, Utrecht/Antwerpen, 1968, p.283,


De boer slaat eikels uit de bomen als voer voor de varkens. Als ze vetgemest zijn zal hij er later van genieten.
Prent late Middeleeuwen.

zaterdag 28 september 2013

"Red Star Line" & LANDVERHUIZERS



Henri CASSIERS(1858-1944) .Affiche van de rederij voor Antwerpen-Amerikalijn uit 1899. Verzameling Museum Vleeshuis.(1)

In deze kleurrijke prent zien we een stoomschip van de Red Star Line dat waarschijnlijk landinwaarts vaart, daar de toeschouwers op de oever niet zwaaien naar het schip. De jongen op de voorgrond speelt met een zeilscheepje en het meisje hangt aan moeders schort.

De Belgische Red Star Line of Société Anonyme de Navigation Belge-Américaine (S.A.N.B.A.) onderhield met 23 schepen een geregelde dienst Antwerpen-New York . Ze was van oorsprong een Amerikaanse rederij die voor Antwerpen koos  o.m. om dat het goedkoop was onder de Belgische vlag te varen.(8)

 In 2006 presenteerde het MAS in New York een tentoonstelling over Antwerpen en de Red Star Line. Deze tentoonstelling wordt hernomen(2008) in het MAS  Nationaal Scheepvaartmuseum. De expositie vertelt het verhaal van de Red Star Line (RSL) tussen 1873 en 1934, in de context van de ontwikkeling van Antwerpen.
   Het was een periode van grote economische bloei voor een haven. RSL was een dochtermaatschappij van een Amerikaanse transportmaatschappij, maar voer onder Belgische vlag met Antwerpen als thuishaven. De schepen van RSL groeiden uit een Antwerpse icoon. “[1]
De rederij Red Star Line verscheepte tussen 1873 en 1935 bijna drie miljoen mensen van Antwerpen naar Amerika en Canada. De gebouwen van de Red Star Line bestaan nog. Ze bevinden zich aan de rivier de Schelde, waarlangs de schepen afvaarden voor een lange trans-Atlantische tocht. Het blijft een plaats voor herdenking, een "lieu de mémoire" voor de miljoenen emigranten die vanuit Antwerpen op zoek gingen naar een nieuw leven in de Verenigde Staten en Canada. De oude magazijnen worden uitgebouwd tot een herinneringsplek en museum, een actueel oord van reflectie met een eigentijdse benadering van de emigratie.”[2]


[1] In: Musea Antwerpen EXPO 2008,  jan-jul. 2008, gezamenlijke uitgave voor de musea van de Prov. Antwerpen en ‘het’ stad Antwerpen, www.stipontwerpt.be
[2] http://www.antwerpen.be/eCache/BEZ/19/541.cmVjPTE1ODA1.html


Deze laatste tentoonstelling trok zodanig de aandacht van schepen Heylen  dat hij op zoek ging naar "Dinska Bronska" en er in slaagde om op 27.09.2013 een permanente tentoonstelling op te zetten in de gebouwen langs de kade van waaruit deze arme stakkers vertrokken. Eerst het gedicht:


Poolse emigrante in de haven van St.-Johns. Zij hield een bordje voor met daarop vermeld "Red Star Line Antwerpen". Was zij het meisje dat Karel van den Oever in onderstaand  gedicht beschreef? Foto: National Archives, Ottowa.(2)






DINSKA BRONSKA 

Uit een oud dorp
- kameelbruin als de steppe -
uit Plocka,
kwam Dinska Bronska.
Haar hoofddoek was pruisisch-blauw
en haar haar vlas-geel;
ook waren haar ogen blauw
als fjord-water.
Zij rook naar knoflook en spar,
zij droeg laarzen
en ging zeer zwaar en gauw.
In het "Hotel Lapland" zat zij
bij een tafel aan het straat-raam
zij schreef een brief.
Een haarlok viel op haar rode kaak
en zij stak haar tong uit,
want zij schreef moeilijk die brief
en daaronder "Dinska Bronska", haar naam.
Ze stak ook de penstok in haar mond
en zocht met haar ogen langs het plafond.
Op het papier waren 'n inktvlek
en groot gestrompel van letters:
zij kocht het voor tien centiem
in de kruideniers-zaak
over het hotel.
Er was 'n beetje inkt aan heur kaak.

Promotie advertentie zoals ze door officieel agent Tréau De Coeli , agent van de Canadese regering, overal te lande in de kranten werd verspreid. (Uit: Gazette van Sint-Truiden, 16 april 1904.(4)

O, Dinska Bronska,
gij vertrekt naar Canada:
de verroeste stoomboot wacht langs de kaai.
Gij laast op een almanach
der "Red Star Line"
dat Canada groter appels,
o, hoger en geler koren heeft dan Plocka.
Het moet in Canada veel beter zijn!

O, Dinska Bronska,
met je zeer dikke vingers:
je schrijft zo moeilijk die brief.
Je ogen zoeken vliegen op het plafond.
"Moj Boze!"
Er zit 'n tranen-veeg,
o zo verdrietig,
van je blauwe ogen naar je mond.

O, Dinska Bronska!

Uit: Het Paviljoen(3)

Karel VAN DEN OEVER (Antwerpen 1879 - 1626)
Hij schreef naast hierboven vernoemde bundel nog: De Guezenstad, Kempische vertelsels en Oud-Antwerpse vertellingen. Voor bovenstaand gedicht verdiend hij de poëzieprijs van de stad Antwerpen die hij nooit kreeg. Toen was de culturele bovenlaag van Antwerpen Franstalig bourgeoisie en voor zulke "prietpraat" hadden die  mensen zeker geen interesse. En zo'n Vlaams boerke maakten ze zeker geen stadsdichter zoals nu zou kunnen.
Dit is één van de mooiste gedichten die ik ooit las.

" In de jaren 20 geraakte de Antwerpse dichter Karel van den Oever gefascineerd door al die vertrekkende landverhuizers. Hij liet twee prachtige stukjes poëzie na, waaronder het beroemde gedicht "Dinska Bronska", dat onze grootouders nog uit het hoofd hebben moeten leren (en ikzelf, Kado,  las het toen ook al met veel interesse) op de middelbare school. Beide gedichten vertolken schitterend het weemoedig afscheid van het oude land en de hoop en verwachtingen van het nieuwe, bitterzoete Canada." (5)

Eugeen VAN MIEGHEM (1875 -1930), Emigranten in de Montevideostraat, 1899, pastel, Stichting Van Mieghem. (7)


Hieronder een getuigenis van Emmanuel DE Bom (Antwerpen 1868 - Kalmthout1953).

" Er waren over de honderd, meest allen gebogen onder de last van pakken. Vooraan een man met een pet en een uniform, gewis een bediende van de transatlantieker, die hen van 't station naar de haven leidden, waar de boot op hen wachtte. Daarachter strompelden zij voort, mannen en vrouwen en kinderen, velen barrevoets, de mannen meestal met luid klinkende vernagelde waterlaarzen. de kleinste kinderen, in een sjaal gewikkeld, hingen vastgebonden, aan de rug van hun moeders of ouders. Het waren ganse gezinnen, meestal Polen en Duitsers van bij de Russische grens. De kerels waren het zwaarst geladen en stapten  kloek vooruit. Een lijdende trek lag op de vermagerde gelaten vrouwen. Knapen van vijf, zes jaar, aan de hand van een grotere, huppelden moeizaam mede , met slobberende broeken tot over hun hielen. Geen klank, geen enkel woord werd gehoord. De karavaan liep voorbij, als door een onzichtbare zweep gejaagd, altijd sneller, in de zwarte nacht vooruit.
   Er begonnen druppels te vallen; zij versnelden nog eens de pas.
   Erbarmelijke kruisgang! De regen gutste neer, aanhoudend, doordringend kil, verstijfde ledematen, doorstriemde het gezicht. En altijd, geen klank, geen woord uit de voortvliedende menigte, door die verlaten straten in de nacht.
    Van de grote stompe kerktoren vielen vijf zware slagen.
     Zij ijlden, als zielen in nood, hun ellendige have op hun schouders voortzeulend. Er waren er met koffers geladen, die niet voortkonden. Een jongen droeg een spade , een koffiekan en een vogel in een muit. Jonge meisjes gaven elkaar de hand. een van de mannen keerde zich nu en dan schielijk om, met een norse blik naar de achterblijvers, maar zei niets. Een enkele, een zeer oude, was wel honderd meter achteruit en schoof suffend langs de huizen voort, naar iets kijkend zonder gedachte.
   Ze waren eindelijk aan de Schelde, De massa stroomde de hangars binnen; de vlam van een toortslamp, rood flakkerend  en walmend in de stortregen, wees de boot aan; een enge houten plank was gelegd om hen aan boord te laten stijgen. Hier begonnen ze te spreken, te razen allen door elkaar, worstelend om de eerste te zijn; enige mannen, scharrelden hun volk samen: toen betraden zij het dek, waar zij, één voor één, in een donker hok, afdaalden en verdwenen." ca. 1900.

Uit: De Daad / Vlaamsche Oogst. S. van Looy, Amsterdam.(6)

Hierbij moeten we opmerken dat de landverhuizers voor ze aan boord gingen eerst een administratief en medisch onderzoek moesten ondergaan.

De Red Star Line nam maar een klein deel van de Europese migratie van toen voor haar rekening, waarbij het aandeel van de Belgen daarin  erg beperkt was. [Dit mag wel eens onderzocht worden| De meeste passagiers bleken uit Oost-Europa te komen,  waarbij de keuze voor Antwerpen als doorreishaven meestal op toeval berustte.(9)
Er viel wel wat te verdienen ( een aantal reizigers zochten voedsel en logement), maar niet iedereen was altijd opgezet met de passage van al die vreemdelingen die meestal niet erg rijk waren.(10)

Armoede, oorlog en discriminatie waren de voornaamste redenen waarom de landverhuizers hun land/streek/dorp verlieten.


LITERATUUR/


Rita JALON, John EVERAERT, Erwin  JOOS, e.a., Landverhuizers, Antwerpen als kruispunt van komen en gaan, Pandora, Gent, 2002, (1) p.37; (2)p.57, (4)p.55, (5)p.58), (7)p.21.
Frans LEYTENS, Nederlandsche BLOEMLEZING voor het Middelbaar Onderwijs, Standaard-Boekhandel, Antwerpen, 1935, (3)p.142.
Julien MELON, Gouden Vruchten, Casterman, Doornik, 1914.(6)p.107.
Marc REYNEBEAU , Handelaars in emigratie, in: "De Standaard", 2.10.2013. (8)+(9)+(10) p.21.